De verbouwing van een kantoorgebouw tot woonvilla, 1895

“Dat het hun voorspoedig ging,
bleek uit meenig handeling.
Zij bouwen reeds hun derde huis,
en wel met torens, serre incluis”
Dit fragment is afkomstig uit een liedje geschreven ter ere van de koperen bruiloft van Bram Ledeboer en zijn tweede echtgenote Auguste Hartung eind 1894. Zij bewoonden op dat moment nog het herenhuis aan de Noorderhagen dat zij sinds een tiental jaren huurden van de firma Van Heek & Co. Die firma beleefde gouden jaren en dat mocht uitstralen op de woningen van de firmanten. Dat geluk viel niet alle textielfabrikanten ten deel, want de ooit zo roemrijke firma Stroink & Co moest in 1894 haar deuren sluiten. De fabriek werd opgeslokt door Van Heek & Co, maar het daarnaast gelegen kantoorgebouw werd firmant Bram Ledeboer gegund. Hij spaarde kosten noch moeite en herschiep het kantoorgebouw in 1895 tot een van de meest bombastische villa’s in de stad: Molenstraat 1 in Enschede.
Stroink & Co
Tot eind 1894 was het gebouw in gebruik als kantoor en magazijn der firma Stroink & Co. Dit was voor Bram Ledeboer bekend terrein, want hij had twee ooms en vier neven Stroink die in dat gebouw zetelden. Een ander verhaal betreft de naastgelegen stoomweverij; dat was voor de ‘koude kant’ in principe verboden terrein. Want hoe warm en gemoedelijk de familieband ook mocht zijn, men was daarnaast ook elkaars concurrent. Aan de ruim honderd jaar oude textielfirma Stroink kwam vermoedelijk vrij abrupt een einde, want begin jaren ’90 van de negentiende eeuw hadden de Stroinks hun fabriek nog uitgebouwd. Eind 1894 bestond de firma uit “een stoomweverij met ververij, kalanderij, ruwerij, diverse bijgebouwen, kantoor- en magazijngebouw, pakhuis en terreinen, zeer gunstig bij elkaar gelegen aan de Hengelosche- en de Deurningerstraat en gedeeltelijk ook aan de Molenstraat te Enschede, op 3 minuten afstand van de beide spoorwegstations”, aldus een advertentie in de Provinciale Noordbrabantsche en ‘s Hertogenbossche Courant van 5 november 1894. Vrömden kwamen er niet tussen, alles werd door familieleden uit Enschede opgekocht. Blijkens onderstaand krantenbericht blijkt de snelle overname ook goed nieuws te zijn geweest voor de werknemers:
“Enschede, 27 Nov. Sedert eenige maanden werkte de stoomweverij van de firma Stroink & Co alhier niet meer, en moesten de honderden arbeiders, die daar gewerkt hadden, elders werk zoeken, hetgeen hun gedeeltelijk gelukte alhier, doch ook elders. Gisteravond werd deze fabriek, met annexe gebouwen, kantoor, pakhuizen, enz. verkocht aan de firma Van Heek & Co voor f 71.600,-. Voor de vele arbeides, die elders werk zochten, is dit met het oog op den aanstaanden winter van groot belang, daar nu vele ‘s ochtend 1 ¼ uur van Enschede en Lonneker naar de fabriek de Eilermark te Glanerbrug moeten loopen, die nu wederom op deze fabriek werk kunnen krijgen.”
(Dagblad van Zuidholland en ‘s-Gravenhage, 29 november 1894)
‘Villa Ledeboer’
Op 24 mei 1895 werd de verbouwing van het voormalige kantoorgebouw door Bram Ledeboer aanbesteed in hotel De Graaff. Onder leiding van de bekende Enschedese architect Gerrit Beltman werd het gebouw onherkenbaar verbouwd. Alleen de fundering en een aantal muren zullen zijn blijven staan. Het kadaster beschouwde het zelfs als ‘herbouw’. Ook de omringende gracht of sloot werd door de nieuwe eigenaar gedempt en het terrein omheind met een tientallen meters lang gietijzeren hekwerk. Ledeboer ging met zijn tijd mee en liet het huis in alle kamers van electriciteit voorzien en aansluiten op het telefoonnetwerk; in de stad kon men de familie Ledeboer bereiken via telefoonnummer ’10’, maar ook op hun buitenverblijf ‘t Wageler kon men de Ledeboers ten allen tijde bereiken via nummer ’17’.
Eind 1895 of begin 1896 kwam het huis gereed en nam het gezin Ledeboer-Hartung daar zijn intrek. Lang heeft de bouwheer niet van zijn riante onderkomen kunnen genieten; hij stierf op 10 januari 1897 op slechts 54-jarige leeftijd. Hij werd begraven op de Oosterbegraafplaats in Enschede. Voor het grafmonument kozen zijn nabestaanden voor een geknakte zuil, want aan zijn overlijden was plots een einde gekomen en men had nog hoge verwachting van de invloedrijke fabrikant, politicus en ontginner.
‘Villa Kleiboer’
Zijn weduwe Auguste Ledeboer-Hartung (1856-1949) bewoonde tot in de jaren ’20 de stadsvilla Molenstraat 1. Elk voorjaar verhuisde zij voor de warme maanden naar het ‘t Wageler, het huidige Ledeboerpark. Daar liet zij de villa ‘opwaarderen’ zodat zij daar ook permanent kon wonen. Tot de jaren ’50 verhuurde de familie Ledeboer de villa aan de Molenstraat aan Jacob Kleiboer; hij hield daar pension, maar werd vooral bekend als organisator van evenementen. Na het overlijden van de weduwe Ledeboer-Hartung verkochten haar kinderen het pand aan Kleiboer. In 1971 werd het kapitale pand door de gemeente onteigend omwille van een betere aansluiting van de Deurningerstraat op de Hengelosestraat. De sloopkogel maakte begin 1972 een einde aan de ooit gezichtsbepalende ‘Villa Kleiboer’. De villa’s hebben plaatsgemaakt voor moderne hoogbouw. Het oude hekwerk heeft de tand des tijds wel doorstaan en vindt men tegenwoordig in het Wooldrikspark.
- De villa Molenstraat 1 stond aan het huidige kruispunt Deurningerstraat-Molenstraat-Hengelosestraat in Enschede. Het pand werd geflankeerd door nog twee inmiddels verdwenen villa’s, te weten ‘De Verrenhof’ van Helmich August van Heek (1840-1917) en ‘t Stroink van Willem Helmich Stroink (1852-1933). Op bijgaande foto ziet u van links naar rechts De Verrenhof, Villa Ledeboer en ‘t Stroink met op de achtergrond de zojuist door Van Heek & Co in gebruik genomen stoomweverij van voorheen Stroink & Co. De stoomweverij grensde aan het Boerenkerkhof.
- Voor het vorige woonhuis van de familie Ledeboer-Hartung aan de Noorderhagen, zie het facebookbericht Archief Twentse Textielfamilies van zaterdag 18 maart 2023.
- Archief Twentse Textielfamilies, familiearchief Ledeboer, inv.nr. 226 (scan LA03264). Overige bronnen: kadaster en delpher.
Geef een reactie